Hulp:IPA: [ˈne.mə(n)]
    
(lêer)
  • ne•men
Stamtye
nemen nam genomen  
Tydvorme
Persoon Teenwoordige Tyd Verlede Tyd
ik neem nam
jij, u neemt
hij, zij, het neemt
wij, jullie, zij nemen namen
Gebiedende Wys Voltooide deelwoord Onvoltooide deelwoord
neem genomen nemend
 
Neem.
Oorganklike werkwoord.
Hulpwerkwoorde Bedrywend Lydend
Onvoltooid worden
Voltooid hebben zijn

Die voltooide deelwoord kan attributief gebruik word.
Sterke werkwoord van klas vier.