Nederlands (nl)

Enkelvoud Meervoud
Naamwoord district o districten 
Verkleinwoord districtje districtjes

  Uitspraak

Hulp:IPA: [dɪs.ˈtrɪkt]
    
(lêer)

  Woordafbreking

dis•trict

  Selfstandige naamwoord

     Betekenisse

Distrik

     Voorbeeldsinne

«De stad Antwerpen telt 9 districten
Die stad Antwerpen het 9 distrikte.