vlucht
Enkelvoud | Meervoud | |
---|---|---|
Naamwoord | vlucht v/m | vluchten |
Verkleinwoord | vluchtje | vluchtjes |
- Hulp:IPA: [vlɵχt]
, [vlʏχt]
-
(lêer)
- vlucht
- eerste persoon enkelvoud teenwoordige tyd van vluchten
- (by inversie) tweede persoon enkelvoud teenwoordige tyd van vluchten
- gebiedende wys van vluchten
- 1.: Ik vlucht.
- 2.: Vlucht je?
- 3.: Vlucht!.