Russies (ru)

Naamval Enkelvoud Meervoud
Nominatief нефрит
nefrit
Genitief нефрита
nefrita
Datief нефриту
nefritu
Akkusatief нефрит
nefrit
Instrumentaal нефритом
nefritom
Prepositief нефрите
nefrite

  Selfstandige naamwoord

Manlik

  Uitspraak

IPA: [nʲɪfˈrʲit], meervoud: [nʲɪfˈrʲitə]

  Transliterasie

Slavistiek: nefrit
ISO 9: nefrit
Library of Congress: nefrit

  Transkripsie

nefrit

     Betekenisse

1. Nefriet.
2. Jade

     Sinonieme

2. жад

     Vertalings

  Vertalings:    нефрит
Afrikaans: nefriet(af)
Duits: Nephrit(de)
Engels: nephrite(en)
Frans: néphrite(fr)
Portugees: nefrite(pt)
Spaans: nefrita(es)