Enkelvoud 1ste 2de
vertroulik
2de
beleef
2de
Vlaams
3de m 3de v 3de o
Onderwerp ik 'k jij je u gij ge hij ie zij ze het 't
Voorwerp mij me jou je u u hem 'm haar ze, d'r, 'r het 't
Meervoud 1ste 2de
vertroulik
2de
beleef
2de
Vlaams
3. persoon
Onderwerp wij we jullie u gij ge zij ze
Voorwerp ons jullie u u hun, hen ze
Hulp:IPA: [i]
    
(lêer)
Hy, persoonlike voornaamwoord van die derde persoon enkelvoud manlik in die onderwerpsvorm.
«Heeft-ie dat gezegd?»
Het hy dit gesê?
Die beklemtoonde vorm is hij. Hierdie onbeklemtoonde vorm "-ie" kom net by inversie voor en word in die skryftaal dikwels vermy.