Nederlands (nl)

  Uitspraak

Hulp:IPA: [ˈʋɪ.nə(n)]
    
(lêer)
Stamtye
winnen won gewonnen  
Tydvorme
Persoon Teenwoordige Tyd Verlede Tyd
ik win won
jij, u wint
hij, zij, het wint
wij, jullie, zij winnen wonnen
Gebiedende Wys Voltooide deelwoord Onvoltooide deelwoord
win gewonnen winnend
 

  Woordafbreking

win•nen

  Werkwoord

     Betekenisse

Wen

     Eienskappe

Oorganklike werkwoord.
Hulpwerkwoorde Bedrywend Lydend
Onvoltooid worden
Voltooid hebben zijn

Die voltooide deelwoord kan attributief gebruik word.
Sterke werkwoord van klas drie.

     Voorbeeldsinne

  1. De wedstrijd is met 5-3 gewonnen.

     Antonieme

verliezen